Paragraaf A Lokale heffingen

Inleiding

Terug naar navigatie - Inleiding

Bij lokale heffingen gaat het om inkomsten die verkregen worden op grond van publiekrechtelijke regels. Dit zijn voornamelijk belastingen, heffingen en retributies die de overheid heft op grond van wettelijke bepalingen.
In onze gemeente worden de volgende heffingen opgelegd:
a.  onroerende zaakbelastingen (ozb)
b.  afvalstoffenheffing
c.  rioolheffing
d.  haven- en marktgelden
e.  lijkbezorgingsrechten
f.  leges, waaronder de leges voor de omgevingsvergunning

Als uitgangspunten voor 2022 hebben de Nota Lokale heffingen 2019 en de Kadernota 2022 gediend. Deze uitgangspunten zijn vertaald in de Begroting 2022, concreet in de ramingen die voor 2022 en volgende jaren tot stand zijn gekomen.

Ontwikkelingen 2022

Terug naar navigatie - Ontwikkelingen 2022

Lokale heffingen
Het beleidsmatig kader voor de gemeentelijke belastingen en heffingen is verwoord in de 'Nota lokale heffingen'.  In april 2019 is de Nota Lokale heffingen 2019 vastgesteld. In deze nota zijn voor de diverse kostendekkende heffingen en retributies bandbreedtes vastgelegd. Over de gehele linie streeft de gemeente naar beheersing van de lastendruk. .Bij  de begroting 2022 zijn deze heffingen en retributies binnen deze bandbreedten geraamd. In 2022 is als ozb-opbrengst het volume uit 2021 geraamd en verhoogd met de reguliere gebiedsuitbreiding. Daarnaast vond een inflatiecorrectie plaats van het ozb-volume. Dit alles leidde tot een verhoging van het ozb-volume van 1,5%. 

Hervorming lokaal belastinggebied?

In 2022 is tussen rijk en gemeenten gesproken over een nieuwe of aangepaste financieringssystematiek. De wens is om per 2026 tot een nieuwe wijze van bekostigen te komen, waarbij verruiming van het lokale belastinggebied een te onderzoeken onderdeel is. In het rapport ‘Bepalen betekent betalen’ uit 2015 is aanbevolen om te komen tot een significante uitbreiding van het gemeentelijk belastinggebied. Het gaat daarbij om autonome keuzes, niet om het bekostigen van rijksdoelen.  De VNG onderschrijft de conclusie van dit rapport nog steeds. Er dient een verschuiving plaats te vinden van rijksbelastingen naar het lokale belastinggebied zodat gemeenten meer financiële en beleidsmatige armslag krijgen. De inzet van het huidige coalitieakkoord is om  in 2026 uit te breiden.

Wet Waardering Onroerende Zaken
Jaarlijks wordt de waardering in het kader van de wet WOZ uitgevoerd. Het sluitstuk vormt de WOZ-waarde aan elke belanghebbende, die wordt bekend gemaakt in de vorm van een beschikking. In februari 2022 heeft vrijwel elke belanghebbende van een object de nieuwe waarde ontvangen en zijn de aanslagen voor de onroerende zaakbelastingen 2022 opgelegd. 

Bezwaarschriften WOZ
Er werden in 2022 globaal 310 bezwaarschriften ontvangen tegen de WOZ-beschikking. 2,2% van het totaal aantal beschikte objecten. Het landelijk bezwaarpercentage bedroeg in 2022 2,5%. Van de ontvangen bezwaarschriften werd ongeveer 40% toegekend. Landelijk ligt het percentage toegekende bezwaren ook rond de 40%.

No cure no pay bedrijven
Een belangrijke ontwikkeling bij de bezwaarschriften is de toename van het aantal ingediende bezwaar- en beroepschriften door zogenaamde ‘no cure no pay’ bedrijven. In 2022 werd ruim 67% van het aantal bezwaarschriften ingediend door een dergelijk bedrijf. Bij honorering van het bezwaarschrift leidt dit tot een proceskostenvergoeding op basis van het Besluit proceskosten bestuursrecht (Bpb). Deze ligt vele malen hoger ligt dan de belastingteruggave voor de inwoner. De bewoners profiteren hier dus niet van. Terwijl de regeling is bedoeld als kostenvergoeding voor de burger. Het voeren van een procedure tegen een WOZ-beschikking lijkt op deze manier te zijn ingegeven door een verdienmodel.  Staatssecretaris Marnix van Rij kondigde op 5 maart 2023 aan dat er maatregelen komen om de uitwassen van no cure - no pay aan te pakken. Met de VNG wordt gewerkt aan de verdere uitwerking van de nieuwe regels die in de loop van 2024 moeten worden ingevoerd.

Alle bezwaarschriften zijn binnen de daarvoor wettelijk vastgestelde termijn afgedaan. Tot op heden  is in zestien gevallen is tegen de uitspraak op het bezwaarschrift beroep aangetekend bij de rechtbank. In vrijwel alle gevallen is beroep aangetekend door een no cure no pay bedrijf.

Het toezichthoudende orgaan betreffende de wet WOZ, de Waarderingskamer, heeft in 2021 onze gemeente beoordeeld. Deze beoordeling betrof de processen van de administratie, de marktanalyse en de waardebepaling. De kwalificatie van de procesgang binnen onze gemeente is als ‘goed’ gewaardeerd. 

Omgevingswet

Bij het vaststellen van de begroting 2022 werd er nog vanuit gegaan dat de Omgevingswet per 1 juli 2022 zou ingaan. Inmiddels is de invoering hiervan uitgesteld tot 1 januari 2024.  De legesverordening wordt dan ook met ingang van 1 januari 2024 hierop aangepast.

Kwijtschelding
Op 17 september 2022 trad de Regeling kwijtschelding belastingen medeoverheden in werking. Deze aanpassing in de nadere regels over kwijtschelding zorgt er voor dat  gemeenten binnen de kwijtscheldingstoets een ophoging kunnen toepassen bovenop de vastgestelde vermogensnormen. De gemeente Krimpen aan den IJssel heeft eind 2022 besloten om, met ingang van 2023, van deze verruiming gebruik te maken. 

Werkelijke inkomsten

Terug naar navigatie - Werkelijke inkomsten

Hieronder volgt een overzicht van de diverse heffingen, in de overzichten van de kostendekking is naast de werkelijke lasten, baten en kostendekking ook de kostendekking uit de begroting weergegeven. In de rekening 2022 zijn de volgende opbrengsten verantwoord:

Onroerende zaakbelastingen

  Rekening 2021 Begroting 2022 Rekening 2022
Onroerendezaakbelasting      
> ozb gebruikers 928 948 929
> ozb eigenaren 5.001 5.054 5.066

Overzicht baten en lasten

Terug naar navigatie - Overzicht baten en lasten

Conform artikel 10 BBV wordt vanaf de begroting 2017 in de paragraaf lokale heffingen een overzicht van baten en lasten opgenomen voor de heffingen waarbij sprake is van het verhalen van kosten. In de volgende onderdelen volgt een overzicht van de diverse heffingen waarbij sprake is van het verhalen van de kosten.

Afvalstoffenheffing

Terug naar navigatie - Afvalstoffenheffing

In de Nota Lokale heffingen 2019 is voor de afvalstoffenheffing een bandbreedte van kostendekking vastgesteld van een percentage tussen de 90% en 100%. Bij de begroting 2022 is gekozen voor een kostendekkingspercentage van 100%. Om in 2022 binnen deze bandbreedte te komen werd de afvalstoffenheffing meer dan trendmatig verhoogd.
In Krimpen aan den IJssel hangt het tarief af van de omvang van de huishoudens. Per 2021 wordt de afvalstoffenheffing gedifferentieerd naar één, twee en drie-of meerpersoonshuishoudens.
De directe kosten behorende bij het taakveld afval worden voor 100% toegerekend aan de heffing. Straatvegen is een activiteit die indirect een bijdrage levert aan de afvalexploitatie, hiervan wordt 25% van de kosten toegerekend.

Dit alles geeft het volgende beeld.

  jaarrekening 2022 begroting 2022
  lasten baten kostendekking kostendekking
Afvalstoffenheffing 5.249 5.315 101% 100%


Geconstateerd kan worden dat bij de afvalstoffenheffing de kostendekking uitkomt boven het begrootte dekkingspercentage. De overdekking van € 66.000 is toegevoegd aan de Reserve egalisatie reiniging.

Rioolheffing

Terug naar navigatie - Rioolheffing

In de Nota Lokale heffingen 2019 is als beleid vastgelegd dat voor de rioolheffing een kostendekking bereikt moet worden van minimaal 90%. Voor 2022 is gekozen voor een kostendekking van 100%. Hiervoor was, naast de trendmatige verhoging van 1,5%, een extra verhoging van 4,1 % nodig.
De directe kosten behorende bij het taakveld riolering worden voor 100% toegerekend aan de heffing. Daarnaast wordt bij de berekening van de kosten voor straatvegen en onkruidbestrijding 25% toegerekend aan de rioolexploitatie en 20% aan het onderhoud aan binnenwater en beschoeiing.

Dit alles geeft het volgende beeld over 2022.

  jaarrekening 2022 begroting 2022
  lasten baten kostendekking kostendekking
Rioolheffing 3.596 3.693 103% 100%


Geconstateerd kan worden dat bij de rioolheffing de kostendekking hoger is dan is begroot. Dit wordt veroorzaakt door lagere lasten en hogere opbrengsten dan begroot. De overdekking van circa € 98.000 is toegevoegd aan de egalisatiereserve riolering.

Havengelden

Terug naar navigatie - Havengelden

In de Nota Lokale heffingen 2019 is als beleid vastgelegd dat voor de havengelden een kostendekking bereikt moet worden tussen de 75% en 100%. Om dit te bereiken zijn de havengelden in 2022 met de standaardtrend van 1,5% verhoogd. Toepassing van een trendmatige verhoging is voldoende om de kostendekking binnen deze bandbreedte te houden. 

Een overzicht van de lasten en baten in 2022 leidt tot het volgende overzicht.

  jaarrekening 2022 begroting 2022
  lasten baten kostendekking kostendekking
Haven 76 73 96% 79%

Marktgelden

Terug naar navigatie - Marktgelden

In de Nota Lokale heffingen 2019 is als beleid vastgelegd dat voor de marktgelden een kostendekking bereikt moet worden tussen de 80 en 100%. Om dit te bereiken zijn de marktgelden in 2022 met de standaardtrend van 1,5% verhoogd.

Een overzicht van de lasten en baten in 2022 leidt tot het volgende overzicht.

  jaarrekening 2022 begroting 2022
  lasten baten kostendekking kostendekking
Markt 42 32 75% 91%

Lijkbezorgingsrechten

Terug naar navigatie - Lijkbezorgingsrechten

In de Nota Lokale heffingen 2019 is voor de lijkbezorgingsrechten een bandbreedte in kostendekking vastgesteld tussen de 70% en 80%. Bij de begroting 2022 is gekozen voor een stijging van de lijkbezorgingsrechten, waarbij het dekkingspercentage uitkomt op de bovenkant van deze bandbreedte (80%). Dit lijkbezorgingsrechten zijn daartoe met de trend verhoogd van 1,5%.

Een overzicht van de lasten en baten in 2022 leidt tot het volgende overzicht.

  jaarrekening 2022 begroting 2022
  lasten baten kostendekking kostendekking
Lijkbezorging 761 547 72% 80%

Legesverordening

Terug naar navigatie - Legesverordening

Met de beleidslijn, welke bij de bepaling van de leges wordt gehanteerd, is een integrale kostendekking te bereiken van maximaal 100%. Bij de berekening daarvan vormen de leges voor de omgevingsvergunning zowel absoluut als relatief de hoofdmoot. Ook vanwege het per jaar wisselende bouwprogramma zijn de leges omgevingsvergunning, wat betreft de mate van kostendekking, onvoorspelbaar. De overige diensten hebben dus minder effect op de volledige kostendekking.

De legesverordening is onderverdeeld in titels en hoofdstukken. Hierna volgt een weergave van de kostendekking op onderdelen gevolgd door de totale kostendekking van de verordening. Een overzicht van de lasten en baten in 2022 leidt tot het volgende overzicht.

  jaarrekening 2022 begroting 2022
  lasten baten kostendekking kostendekking
1 Algemeen 0 0    
2 Bestuursstukken 0 0    
3 Burgerlijke stand 132 41 31% 22%
4 Verstrekkingen uit de basisregistratie personen 16 14 87% 93%
5 Gemeentearchief 0 0    
6 Informatieverstrekking ruimtelijke plannen 0 0    
7 Reisdocumenten 327 182 56% 43%
8 Rijbewijzen 131 116 89% 109%
9 Wet op de kansspelen 0 1 998% 1307%
10 Winkeltijdenwet 0 0    
11 Huisvestingswet 0 2    
12 Verkeer en vervoer 11 13 121% 70%
13 Plaatselijke verordening 2 2 98% 301%
14 Muziekvergunningen 0 0    
15 Marktstandplaatsen 0 0    
16 Diversen 6 0    
17 Kabels en leidingen 59 77 131% 116%
18 Kinderopvang en peuterspeelzalen 109 0    
Totaal titel 1 793 448 57% 53%
  jaarrekening 2022 begroting 2022
  lasten baten kostendekking kostendekking
Titel 2 Omgevingsvergunning 675 752 111% 86%
  jaarrekening 2022 begroting 2022
  lasten baten kostendekking kostendekking
1 Drank- en Horecawet 8 0 4% 6%
2 Organiseren van evenementen en markten        
3 Brandbeveiligingsverordening        
Totaal titel 3 8 0 4% 6%
  jaarrekening 2022 begroting 2022
  lasten baten kostendekking kostendekking
Totale legesverordening 1.476 1.200 81% 68%

Lastendruk situatie 1

Terug naar navigatie - Lastendruk situatie 1

Op basis van de nieuwe tarieven kan de lastendruk voor 2022 worden berekend. Hierna wordt deze weergegeven voor twee situaties. In deze situaties is geen rekening gehouden met een wijziging van de WOZ-waarde van de woning. Deze is moeilijk te voorspellen en niet voor iedereen gelijk. Situatie 1 Een huurwoning met een WOZ-waarde van € 200.000, bewoond door 1 persoon, het waterverbruik is 45 m3.

Model 1 Onderdeel 2021 2022
Een huurwoning met een WOZ-waarde van € 200.000, bewoond door 1 persoon, het waterverbruik is 45 m3. Rioolheffing, het gebruikersdeel 67,56 69,60
Afvalstoffenheffing éénpersoonshuish. 343,00 349,00
Totale lastendruk per jaar 410,56 418,60

In model 1 is de lastendruk in 2022 gestegen met € 8,04 ofwel 2%. 

Lastendruk situatie 2

Terug naar navigatie - Lastendruk situatie 2

Een huurwoning met een WOZ-waarde van € 200.000, bewoond door meer dan 2 personen, het waterverbruik is 150 m3.

Model 2 Onderdeel 2021 2022
Een huurwoning met een WOZ-waarde van € 200.000, bewoond door meer dan 2 personen, het waterverbruik is 150 m3. Rioolheffing, het gebruikersdeel 135,12 139,20
Afvalstoffenheffing éénpersoonshuish. 411,60 418,80
Totale lastendruk per jaar 546,72 558,00

In model 2 is de lastendruk in 2022 gestegen met € 11,28 ofwel 2%. In paragraaf B ‘Weerstandsvermogen en risicobeheersing’ is het kengetal belastingcapaciteit opgenomen.

Lastendruk situatie 3

Terug naar navigatie - Lastendruk situatie 3

Een koopwoning met een WOZ-waarde van € 250.000, bewoond door 2 personen, het waterverbruik is 90 m3.

Model 3 Onderdeel 2021 2022
Een koopwoning met een WOZ-waarde van € 250.000, bewoond door 2 personen, het waterverbruik is 90 m3. OZB 280,73 281,20
Rioolheffing, eigenarendeel 161,84 166,73
Rioolheffing, gebruikersdeel 67,56 69,60
Afvalstoffenheffing meerpersoonshuish. 377,30 383,90
Totale lastendruk per jaar 887,43 901,43

In model 3 is de lastendruk in 2022 gestegen met € 14 ofwel 2%.

Lastendruk situatie 4

Terug naar navigatie - Lastendruk situatie 4

Een koopwoning met een WOZ-waarde van € 250.000, bewoond door meer dan 2 personen, het waterverbruik is 150 m3.

Model 3 Onderdeel 2021 2022
Een koopwoning met een WOZ-waarde van € 250.000, bewoond door meer dan 2 personen, het waterverbruik is 150 m3. OZB 280,73 281,20
Rioolheffing, eigenarendeel 161,84 166,73
Rioolheffing, gebruikersdeel 135,12 139,20
Afvalstoffenheffing meerpersoonshuish. 411,60 418,80
Totale lastendruk per jaar 989,29 1005,93

In model 4 is de lastendruk in 2022 gestegen met € 16,64 ofwel 2%.

Woonlasten (vergelijking met omliggende gemeenten)

Terug naar navigatie - Woonlasten (vergelijking met omliggende gemeenten)

Het Centrum voor Onderzoek van de Economie van de Lagere Overheden (COELO) geeft met de ‘Atlas van de lokale lasten’ inzicht in de woonlasten per gemeente. Ook geeft het inzicht in de posities die de gemeenten ten opzichte van elkaar innemen in Nederland. Hierbij geldt dat nummer 1 de goedkoopste gemeente is.

In 2022 stond Krimpen aan den IJssel op plaats 311 van de 354 gemeenten. In 2021 nam Krimpen aan den IJssel nog een 342e plaats in van de 374 gemeenten.

Wat  betreft  de  omringende  gemeenten  zijn  de  woonlasten  als  volgt (peiljaar 2022):

Gemeente Netto woonlast
(duur-> goedkoop)
Rangnummer
COELO
Gouda 1140 328
Krimpen aan den IJssel 1075 311
Zuidplas 940 212
Krimpenerwaard 921 192
Rotterdam 880 137
Capelle aan den IJssel 720 9

Kwijtschelding

Terug naar navigatie - Kwijtschelding

Voor mensen met de laagste inkomens bestaat de mogelijkheid van gehele of gedeeltelijke kwijtschelding van de lokale lasten. De regels voor het toekennen worden bepaald door de rijksoverheid en neergelegd in de Invorderingswet. Het beleid met betrekking tot de kwijtschelding is verder uitgewerkt in de ´regeling kwijtschelding gemeentelijke belastingen´ van de gemeente Krimpen aan den IJssel . Deze is door de raad vastgesteld op 17 december 2015.

De uitvoering van de kwijtschelding, die betrekking heeft op een doelgroep bestaande uit globaal 300 personen/gezinnen.

In 2022 gaat het om de volgende bedragen die zijn kwijtgescholden: 

Kwijtscheldingen Rekening 2021 Begroting 2022 Rekening 2022
Afvalstoffenheffing 120 109 114
Rioolheffing 28 25 29