Paragraaf C Onderhoud kapitaalgoederen

Inleiding

Terug naar navigatie - Paragraaf C Onderhoud kapitaalgoederen - Inleiding

De gemeente Krimpen aan den IJssel beheert de openbare ruimte en gebouwen waar inwoners wonen, werken en recreëren. Hierdoor beschikt de gemeente over kapitaalgoederen zoals gebouwen, wegen, bruggen, hekwerken, riolering, openbare verlichting, speelvoorzieningen, water en groen. Al deze kapitaalgoederen dienen goed onderhouden te worden. Hierbij spelen - naast de wettelijke eisen en verplichtingen - de volgende aspecten een rol: gebruik, levensduur en het leveren van bijdragen aan de programmadoelstellingen voor milieu, onderwijs, openbare ruimte en verkeer. Dit vergt beleidsvisies op het beheer van de kapitaalgoederen, planmatig en integraal beheer en onderhoud, een actuele meerjaren-onderhoudsplanning en een adequate vertaling van de financiële consequenties hiervan in toereikende budgetten en voorzieningen. Deze paragraaf geeft aan op welke wijze de gemeente in 2026 de kwaliteit van de kapitaalgoederen op korte en lange(re) termijn (financieel) kan waarborgen. Dit vindt plaats op basis van onder meer de volgende vastgestelde beleidskaders en beheersplannen.

Onderdeel Beleids- of beheersplan Jaar vaststelling Looptijd t/m Financieel vertaald in begroting
Riolering Gemeentelijk Rioleringsplan (GRP) 2023 2027 ja
Basis Rioleringsplan + (BRP+), incl. stresstest wateroverlast 2019 2029 ja
Wegen Meerjarenplanning Beheer Openbare Ruimte 2025 2035 ja
Kwaliteitsplan Beheer Openbare Ruimte 2022 2031 ja
Groen Groenstructuurplan 2010   ja
Groenbeleid- en beheerplan 2020 2030 ja
Water Grondwaterzorgplan 2023 2027 ja
Bruggen Beleidsplan civiele kunstwerken

2024

2028 ja
Overige openbare ruimte Integraal beheerplan Krimpen aan den IJssel 2022 2026 ja
Speelruimtebeleidsplan 2017 2022 ja
Gebouwen en accommodaties Strategisch huisvestingsplan 2024   ja
Meerjaren onderhoudsplan (MJOP) 2023 2047 ja

Het algemene beleid voor het onderhoudsniveau binnen de gemeente Krimpen aan den IJssel is sober en doelmatig. Veiligheidsaspecten spelen hierbij een belangrijke rol. De benodigde middelen hiervoor zijn op basis daarvan in de begroting opgenomen. Dit geldt zowel voor kleinschalig (dagelijks) onderhoud als grootschalig (vervangings-) onderhoud. Naast veiligheid is ook duurzaamheid een belangrijk thema bij het onderhoud van de kapitaalgoederen. De komende jaren gaan we aan de hand van de Duurzaamheidsagenda op de ingeslagen weg verder. We zetten ook in op bewustwording, advies en kleinschalige maatregelen bij inwoners en bedrijven, zoals vergroening en waterberging. Daarbij nemen we biodiversiteit nadrukkelijk mee. 

De kapitaalgoederen in de openbare ruimte

Terug naar navigatie - Paragraaf C Onderhoud kapitaalgoederen - De kapitaalgoederen in de openbare ruimte

De kapitaalgoederen in de openbare ruimte bestaan uit wegen, rioleringen, watergangen, civiele kunstwerken (bruggen en duikers), groenvoorzieningen, speelvoorzieningen, hekwerken en openbare verlichting. Sinds 2017 is het (met uitzondering van de riolering) niet meer mogelijk deze investeringen van maatschappelijk nut te dekken uit een voorziening. Vanaf dat moment dienen deze geactiveerd te worden en vindt daarop afschrijving plaats.  Dekking van de afschrijvingslasten vindt plaats ten laste van programma 2. Het verschil tussen de beschikbare middelen en benodigde middelen voor het onderhoud openbare ruimte wordt verrekend met de bestemmingsreserve ‘Investeringen maatschappelijk nut buitenruimte’. 

 

Beheerplan openbare ruimte 2022-2026

De buitenruimte wordt ingedeeld in de disciplines verharding, riolering, groen, openbare verlichting, beschoeiingen, duikers, speelplaatsen en civiele kunstwerken. Voor de buitenruimte als geheel is de ambitie in 2014 vastgelegd en omschreven in het ‘Kwaliteitsplan Beheer Openbare Ruimte’. Kwaliteitsniveau B wordt bij alle disciplines en in alle structuurgebieden toegepast, alleen op de begraafplaatsen hanteert de gemeente kwaliteitsniveau A.  In 2026 zal het  beheerplan  worden geactualiseerd. 

Riolering
Gemeentelijk Rioleringsprogramma (GRP) 2023-2027. 
Riolering wordt door de meeste mensen als vanzelfsprekend ervaren. Toch is de aanleg van riolering in de 20e eeuw een van de belangrijkste ontwikkelingen geweest bij de verbetering van de volksgezondheid. Het aantal sterftes door ziektes als cholera en tyfus is door de aanleg van riolering drastisch verminderd. Daarom neemt de riolering een aparte positie in binnen het gemeentelijk takenveld en kan de gemeente een aparte heffing voor de riolering innen.
Tot 2024 hadden gemeenten een wettelijke plicht om over een geldig Gemeentelijk Rioleringsprogramma (GRP) te beschikken. Met de invoering van de Omgevingswet vervalt deze verplichting. Echter, omdat de uitwerking van de Omgevingswet nog op zich laat wachten, hebben wij ervoor gekozen om toch voor de periode 2023-2027 een GRP op te stellen waarin de zorgplichten ten aanzien van afvalwater, hemelwater en grondwater vorm krijgt. 

Klimaatadaptieve maatregelen
Het klimaat verandert. Langzaam maar zeker ervaren wij de consequenties daarvan. De laatste jaren komen regelmatig perioden van langdurige droogte voor. Regenbuien worden steeds intensiever.  Vanwege het veranderende klimaat gaan wij reeds vanaf 2020 anders om met de inrichting van de openbare ruimte: we treffen klimaatadaptieve maatregelen. Traditionele oplossingen, zoals het vergroten van rioolbuizen en extra gemalen, zijn kostbaar. Ze hebben ook niet altijd het gewenste effect. In de zomer kunnen we het water dat we in de winter wegpompen juist goed gebruiken om in de zomer te koelen en verdroging tegen te gaan. 
Met de aanleg van een drainage transportleiding (DT-riool) reguleren we de grondwaterstanden. Aan het verminderen van de verharding in het straatbeeld dragen we als gemeente “een steentje bij” door parkeerplaatsen aan te leggen met kunststofgrastegels.  In 2025 is een regionale stresstest klimaatadaptatie Midden-Holland uitgevoerd.


Grondwaterzorgplan (2023-2027)
Het grondwaterzorgplan gaat over het kwantitatief beheer van het ondiepe, freatisch grondwater in de gemeente. Dit is het grondwater dat zich in de bovenste meters van de bodem bevindt.
Hoe de gemeente invulling geeft aan deze grondwaterzorgplicht is omschreven in de Waterwet en komt terug in de Omgevingswet. Het huidige grondwaterzorgplan is in 2023 geactualiseerd ( https://krimpenaandenijssel.nl/dossiers/grondwater-2/)

Areaalgegevens riolering 2026
Huisaansluitingen 13.388
Kolken 18.022 stuks
Vrijverval riolering (57% gemengd stelsel, 24% hemelwater,  19% drainage) 220 km
Putten 6805 stuks
Persleidingen  13,35 km
Bergbezinkvoorzieningen (500m3) 1 stuks
Bergbezinkleidingen (150+200m3) 2 stuks
Gemalen 79 stuks
Pompunits 79 stuks
Monitoringskasten 14 meetpunten
Grondwaterpeilbuizen 64 meetpunten

Wegen
De CROW-richtlijnen en het integraal Kwaliteitsplan Openbare Ruimte zijn de kaders waarbinnen het wegbeheer wordt uitgevoerd. Dit beleidsplan geeft de kaders en normen aan die als input voor het beheer van wegen dienen.

De onderhoudsfrequenties bepalen we door de huidige kwaliteit van de verhardingen, onderliggende funderingskwaliteit, plaatselijke omstandigheden en het gewenste onderhoudsniveau. Met de (jaarlijkse) rapportage Monitoring Kwaliteit Openbare Ruimte controleren we dit. Ook geven we verdere invulling aan het Fietsstructuurplan en is de verkeers- en vervoersvisie mede bepalend bij de planvorming.

De afschrijvingslasten van de investeringen in wegen komen ten laste van het programma Ruimtelijk domein.
 Op basis van de meerjarenplanning  wordt in de ramingen rekening gehouden met investeringen en daaraan gerelateerde afschrijvingslasten.

Areaalgegevens wegen 2026
Asfaltverharding 268.879 m2
Elementverharding (klinkerbestrating, trottoirs) 1.202.648 m2
Overige verharding, halfverharding en grasbetontegels 39.586 m2

Openbare verlichting
Het onderhoud en de vervanging van de openbare verlichting staan in het hiervoor genoemde kwaliteitsplan. Hierbij schenken we specifiek aandacht aan de wijze waarop het beheer plaats moet vinden. Naast de jaarlijkse budgetten voor onderhoud en vervanging ten laste van programma Ruimtelijk domein, voeren we verlichtingsplannen tegelijkertijd met herstratingswerkzaamheden uit. Deze investeringen worden afgeschreven. Daarnaast vindt vervanging plaats vanwege onder andere ouderdom, energiebesparing en als voor dat gebied voorlopig nog geen herstrating op de planning staat. Hiervoor nemen we jaarlijks budget op in de exploitatiebegroting.

Areaalgegevens openbare verlichting 2026
Lichtmasten 8.094 stuks
Armaturen 8.166 stuks

Verkeersregelinstallaties
De verkeersregelinstallaties (VRI’s) zijn inmiddels allemaal aangesloten op de hoofdpost van de verkeersregelkamer van de gemeente Rotterdam. Hierdoor spelen we op afstand in op verkeersaanbod en calamiteiten. Het doel is verkeer beter laten doorstromen.

Areaalgegevens verkeersregelinstallaties 2026
Kruising met verkeersregelinstallaties 4 stuks

Groen
In de integrale beheerplannen voor de openbare ruimte is ook het groen opgenomen.  Jaarlijks vindt onderhoud van het groen op contractbasis plaats. Dit komt ten laste van programma Ruimtelijk domein. Omvorming van plantsoenen komt ook ten laste van hetzelfde programma. Tenslotte vinden ook investeringen in het openbaar groen plaats bij herstratingsprojecten.

Areaalgegevens groen 2026
Bomen 11.307 stuks
Heesterbeplanting 363.658 m2
Vaste planten 28.577 m2
Gras/gazon/kruidenvegetaties 694.243 m2

Watergangen
De watergangen zijn verdeeld in primaire en secundaire watergangen. De primaire watergangen (de hoofdwatergangen) worden beheerd en onderhouden door het Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard (HHSK) in samenwerking met de gemeente. De partijen houden zich aan een gezamenlijk contract. De secundaire watergangen (de sloten) worden beheerd door de gemeente of in enkele gevallen door particulieren.

Het onderhoud van het openbare water binnen de gemeente vindt plaats aan de hand van het jaarlijkse baggerprogramma en het onderhoudsbestek, en komt deels ten laste van programma Ruimtelijk domein.  Voor baggerprojecten in de komende jaren zijn investeringskredieten opgenomen in de begroting.

Areaalgegevens watergangen 2026
Hoofd watergangen 341.736 m2 (34 ha)
overige watergangen 397.590 m2 (40 ha)

Speelvoorzieningen
Op basis van het beheersysteem inspecteren we alle speeltoestellen via periodieke keuringen. De resultaten verwerken we in logboeken. Een onafhankelijke partij voert de jaarlijks verplichte keuring van de toestellen uit. De eigen (buiten)Bdienst voert het preventief onderhoud en kleine reparaties uit. In 2018 is het speelruimtebeleidsplan geactualiseerd en is er een uitvoeringsprogramma opgesteld. Dit uitvoeringsprogramma wordt afgerond en ook in 2026 worden speelplekken heringericht die gekoppeld zijn aan herbestratings-en rioleringswerkzaamheden en waar de veiligheid dit verlangt. Verder wordt in 2026 vorm gegeven aan nieuw speelruimtebeleid. De financiële gevolgen komen ten laste van programma Maatschappelijk domein. Dit betreft de kapitaallasten voor vervanging van de bestaande speelplaatsen. 

Areaalgegevens speelvoorzieningen 2026
Speeltoestellen 438 stuks
Speellocaties 116 stuks

Civiele kunstwerken (bruggen)
Krimpen aan den IJssel heeft een aanzienlijk aantal bruggen, waarvoor onderhoud nodig is. Dat kan gaan om dagelijks onderhoud of groot onderhoud, in de zin van vervanging/renovatie van de brug.  In 2024 is het beheerplan civiele kunstwerken geactualiseerd. Met de (afschrijving)lasten als gevolg van investeringen uit dit plan houden we ook in de huidige meerjarenbegroting rekening.

Naast onderstaande gebiedsgegevens van de bruggen zijn er nog 14 bruggen in de gemeente die in beheer en onderhoud zijn bij het Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard.

Areaalgegevens civiele kunstwerken (bruggen)    2026
Fiets/voetgangersbruggen 88 stuks
Verkeersbruggen 43 stuks
Oversteek (plank) 4 stuks
Vlonder/steiger (hout) 4 stuks
Betonnen/pvc/hdpe duikers 115 stuks
Tunnels 1 stuks

 

Het kapitaalgoed gebouwen

Terug naar navigatie - Paragraaf C Onderhoud kapitaalgoederen - Het kapitaalgoed gebouwen

De gemeente Krimpen aan den IJssel bezit gebouwen die we deels bedrijfsmatig en deels functioneel beheren. Hierbij valt te denken aan onder andere het raadhuis en de gebouwen Stormsweg 11 en van Utrechtweg 36a, sporthallen, gymlokalen, peuterspeelzalen en de kerktoren. Deze gebouwen beheert en onderhoudt de gemeente aan de hand van een meerjaren-onderhoudsplan (MJOP). Het bedrag dat per jaar gemiddeld nodig is voor de uitvoering van dit MJOP (groot onderhoud) wordt jaarlijks gestort in de ‘voorziening onderhoud kapitaalgoederen gebouwen’.

In tegenstelling tot de investeringen in de openbare ruimte kunnen de onderhoudslasten van deze gebouwen gewoon ten laste gebracht worden van de genoemde voorziening.

De gemeente is economisch eigenaar (heeft het economisch claimrecht) van alle schoolgebouwen voor primair en voortgezet onderwijs. Het (groot) onderhoud van de schoolgebouwen is de verantwoordelijkheid van de schoolbesturen.

Areaalgegevens gebouwen in onderhoudsplanning 2026
Gebouwonderhoud eigen beheer 27 stuks
Gebouwonderhoud externe exploitant 7 stuks
Gebouwonderhoud schoolbesturen 14 stuks

Bij de opzet van het (groot) onderhoud van de gemeentelijke gebouwen gaan we uit van sober en doelmatig onderhoud. Hierbij is het uitgangspunt dat de gebouwen technisch in orde zijn en voldoen aan de eisen van veiligheid. Samenvattend kan worden vastgesteld dat het onderhoud van de gebouwen is op te splitsen in dagelijks onderhoud en groot onderhoud. Hierbij loopt de eerste rechtstreeks ten laste van de exploitatie en het groot onderhoud via voorzieningen.

Over de werkzaamheden die vallen onder het groot onderhoud zijn afspraken gemaakt. Levensduur-verlengende maatregelen (renovaties, functieverbeteringen of (ver)nieuwbouw) vallen daar niet onder. In voorkomende gevallen moet tijdig nagedacht worden over het al dan niet verder exploiteren van de accommodatie. Als er sprake is van levensduurverlenging moet ‘nieuw’ geld beschikbaar gesteld worden via nieuw beleid, dan wel via intensivering van bestaand beleid.

In het verleden zijn dit soort investeringen vaak in één keer afgeschreven, waardoor er geen kapitaallasten in begroting zitten. Daarnaast is vrijval van kapitaallasten door afgeschreven vastgoed in het verleden voor ander ‘nieuw beleid’ ingezet. Voor een deel van het vastgoed is daardoor onvoldoende structurele dekking voor levensduur-verlengende maatregelen  na de huidige meerjarenperiode. In deze begroting handhaven we het huidige voorzieningenniveau zolang dat financieel mogelijk is.  We nemen op dit moment nog geen onomkeerbare besluiten zoals het sluiten van voorzieningen. We werken toe naar een integrale afweging waarmee we de vastgoedportefeuille toekomstbestendiger kunnen begroten.  Om dit te ondersteunen storten we waar mogelijk bij in de reserve maatschappelijk voorzieningen. Bovendien wordt de vrijval van kapitaallasten sinds 2024 gereserveerd via een stelpost in de begroting, zodat (gedeeltelijke) dekking beschikbaar blijft voor vervangingsinvesteringen.